Terug naar overzicht
Bachdialogen

Bachdialogen

Het concert opent met Ich geh und suche mit Verlangen, een dialoogcantate, waarvan Johann Sebastian Bach er meerdere schreef. Het onderliggende idee is steeds hetzelfde: de zoekende ziel (sopraan)en Christus (bas) zijn met elkaar in gesprek en verklaren elkaar(uiteindelijk) de liefde. Soms is er strikte afwisseling tussen beide stemmen, maar in het slotstuk Liebster Jesu, mein Verlangen mondt de dialoog uit in een duet. De thematiek van de zoekende ziel is ook terug te vinden in het lied An die Einsamkeit van Bachs tijdgenoot Johann Philipp Krieger. In het Dubbelconcert voor hobo en viool omstrengelen beide instrumenten elkaar, maar krijgen van Bach ook de kans om ieder voor zich te schitteren. De Sinfonia waarmee de cantate Ich hatte viel Bekümmernis opent, zet op aangrijpende wijze de toon voor de zorgen die Bach in de rest van het werk deelt. Heinrich Ignaz Franz von Biber was de beste violist die er in de zeventiende eeuw rondliep. Zijn vijftiendelige Mysterie –of Rozenkranssonates is dan ook een absoluut hoogstandje uit de barok, met als kers op de taart de Passacaglia voor soloviool, gespeeld door concertmeester en violiste Cecilia Bernardini.